IDEALISME IS DES MENSEN. REALISME IS UTOPIE

Sinds de aanslagen in Brussel heerst er in ons land een haast ongeziene solidariteit. Op Twitter waren hashtags met betrekking tot de aanslagen dagenlang trending. In de actualiteit werd er ook enorm veel aandacht aan besteed.
Confi, dat is toch logisch, hoor ik u denken. Maar toch. Ergens geeft dit aan dat we ons egocentrisme, dat zeer typerend is voor onze huidige maatschappij, eens lichtjes opzij schuiven. Leg wel, lichtjes. De afgelopen dagen hebben aangetoond dat we solidair zijn met de slachtoffers, dat we ons zorgen maken om onze veiligheid, onze toekomst en de toekomst voor de volgende generatie(s).

Maar toch. Op vele punten heb ik toch mijn bedenkingen. We tonen ons solidair, maar we kunnen het ook niet laten om met modder te smijten naar individuen, naar politieke partijen en naar religieuze / ideologische instanties. Ons breed blikveld van solidariteit wordt dus weer verengd. En deze houding is zeker niet bevorderlijk voor de situatie waarin we verkeren. Het toont aan dat we nog steeds leven in een “ik voel me als aanhanger van x / tegenhanger van y nog steeds beter dan een ander”-mentaliteit. Op die manier kunnen we geen sterke samenleving opbouwen. De diversiteit (en daarmee bedoel ik niet alleen cultureel of religieus) staat een sterke positie in de weg. Hoewel het natuurlijk ook wel z’n rijkdom heeft, versta me niet verkeerd. Maar we zijn niet superieur of sterk, hopelijk zien we dat zelf wel in.

Daarnaast lees je in dit soort tijden ook vele commentaren van mensen. Lezersbrieven, tweets, brieven, berichten van mensen die hele plannen voorstellen waarvan ze denken dat dat dé oplossing is. De missing link in onze huidige samenleving. En met dat facet lossen we alle problemen in een keer op. Deze mensen wanen zich beter dan overheidsinstanties die al jaren met die problematiek bezig zijn.
Langs de ene kant zijn deze voorstellen uiteraard goed bedoeld. Maar mensen, wees alsjeblieft realistisch. Er worden al zoveel initiatieven ondernomen, die veel geholpen hebben. Maar als er één keer iets misloopt, dan worden die initiatieven allemaal gelijktijdig met de grond gelijk gemaakt. Ze worden inefficiënt, naïef, kinderlijk genoemd. Maar er zullen altijd mensen zijn die naast het net terechtkomen en niet gebruik maken van deze initiatieven. En er bestaat niets dat 100% doeltreffend is. Als dat zo zou zijn, dan zou er wel één of ander medicijn gefabriceerd worden, die onze hersenkronkels op één lijn zet. De mens is een moeilijk, abstract beest, dat enorm onvoorspelbaar is. En dan nog. Mensen die radicaliseren merken dit misschien zelf niet op. Als je je goed voelt bij een bepaalde groepering, dan zie je de gebreken niet. Liefde maakt blind, dat is niet alleen geldig voor personen, maar ook voor organisaties e.d. Je geraakt zo vervuld van een bepaald idee dat je blikveld zodanig verengd dat je alleen maar positieve gevoelens koestert voor dat gedachtegoed. Maar toch. Het is niet zo zwart-wit zoals vele mensen denken, of zoals vele mensen dat onbewust doen voorstellen. Laat het over aan mensen die er verstand van hebben, en besef dat het niet 100% doeltreffend is. Diegene die tot hiertoe alles al 100% succesvol in zijn leven heeft kunnen doen, die mag hierop kritiek geven.

Je mag als mens idealen hebben, maar dit mag realisme niet in de weg staan.Het zou in elk geval een hoop kritiek en miserie besparen.

Mooie vooruitzichten (?)

Typerend voor de laatste weken zijn de onwaarschijnlijkheden die zich voordoen in mijn leven. Op professioneel vlak kreeg ik van velen positieve feedback, kreeg ik extra jobaanbiedingen en kwam de appreciatie van de leerlingen zeer duidelijk aan bod. Op sportief vlak heb ik een transferaanbieding tot driemaal naast me neergelegd (let wel: op het niveau dat ik speel, is een transferaanbieding louter een navraag of ik interesse zou hebben om over te stappen naar een nieuwe club, er is geen financieel aspect aan verbonden). Vandaag werd ik echter geconfronteerd met het summum van onwaarschijnlijke voorstellen.

Sinds een viertal jaar ben ik vrijgezel. Vele factoren hebben ervoor gezorgd dat er geen andere relatie ontstaan is (te jong van geest, te los van mentaliteit, maar evenzeer te weinig mezelf “durven smijten” langs mijn kant). Hoewel jongens niet echt grote sprekers zijn, zeker niet op emotioneel gebied, was het voorstel van een goeie maat van mij daarstraks dan ook wel op z’n minst bizar te noemen. Sinds dit jaar spelen we weer samen in een ploeg, nadat we in de jeugdreeksen zo’n 3-tal jaren vele ploegen naar huis hebben gespeeld. Hij vertrok naar een zeer goede jeugdclub, ik bleef. In die tijd waren er nog minder mogelijkheden om te communiceren en we verloren mekaar een beetje uit het oog. Vorig seizoen merkte ik dat hij bij mijn club terecht is gekomen en sinds dit seizoen zijn we volwaardige ploegmaats. Sinds midden dit seizoen is ook hij vrijgezel geworden. Na enige tijd overhaalde ik hem om ook de app Tinder te installeren, gewoon voor de fun. Vandaag, na een zware training, zat ik nog met hem alleen in de cantine en ik vroeg of hij geen goeie match had gevonden. Hij is blijkbaar al een aantal maanden met iemand aan het “praten”, waarop een logische vraag van mijn kant volgt: “Heb je haar nog niet gevraagd om ermee af te spreken?”
“Nee jong, ik heb er precies nog niet zoveel goesting voor.”
Ik begrijp dat wel en zeg dat het Tinder-verhaal voor mij persoonlijk ook niet echt 100% succesvol genoemd kan worden. Of toch als je Tinder beschouwt als fixer van een relatie.
“Eigenlijk, Frans (dit is mijn nieuwe bijnaam, nvdr), zijn relaties toch vaak zever he. Zeker als je nog hobby’s hebt die anderen misschien niet aanstaan. Wat zou je denken dat we elkaars wingman gaan spelen?”
Goed voorstel, dacht ik! En ik wou al concrete plannen maken! Maar dan…
“Goed, maar weet je, wat zeg je ervan dat we nog een tweetal jaar daarmee wachten? Twee jaar focussen op de volleybal, wie weet waar we nog kunnen terechtkomen. En nadien kunnen we zien hoe we dat allemaal precies gaan aanpakken.”

Een voorstel om u tegen te zeggen. Maar langs de andere kant, nog twee jaar wachten of niet, ik ben dit al gewoon, het is ok zo. En twee jaar focussen op m’n grootste passie, er zijn ergere dingen in het leven.

Dus, meisjes, vanaf april 2018 ben ik geheel ter uwen beschikking. In de tussentijd probeer ik nog iets te maken van mijn sportieve carrière. Houdoe!

Dag van Relatiebekwaamheid

De laatste dagen en weken zijn zeer interessant geweest.  In de eerste plaats mogen wij onze volleybalploeg categoriseren onder topploeg in onze reeks na een thriller afgelopen zondag, die in ons voordeel is uitgedraaid (1-3 winst). Gisteren kreeg ik controle van een inspecteur tijdens mijn les godsdienst, dat ook al bij al zeer positief verlopen is. Morgen staat er weer zo’n hoogtepunt op het programma. Morgen mag ik in de 3e graad van mijn school een hele dag een sessie geven aan verschillende groepen rond “Relatiebekwaamheid”, meer specifiek over de normen en waarden bij 5e en 6e jaars enerzijds en een breder kader anderzijds.
Ha.
Haha.
Hahaha.
Voor mensen die mij al langer volgen kan dit ironie ten top lijken.
In een ver verleden ben ik eens eenmalig van’t straat geweest. Now I’m back on the streets. In die +- 4 jaar heb ik veel theorie gezien en gemaakt rond relaties, liefde en al die shizzlemanizzle. Deze theorieën komen voort uit slapeloze nachten, uit ideeën van familie en vrienden en last but not least uit theorieën die werden aangeboden tijdens de cursus christelijke seksualiteits-, huwelijks- en gezinsethiek. Hierdoor heb ik een zeer brede visie omtrent relaties, maar veel heeft dat op zich in die 4 jaar tijd nog niet opgebracht (tenzij het opkomen voor mijn principes, dat ik me niet te snel door anderen laat doen). De visie die ik heb is ook niet echt 100% realistisch te noemen. Een utopisch beeld is nu eenmaal iets dat aanpassing vereist eens je in de praktijk verschillen en contrasten begint te ondervinden. Waarom zou er anders het oerchristelijke gezegde “water bij de wijn doen” bestaan?
Als zogenaamde leek ga ik morgen de dag aanvangen. Misschien leer ik wel enkele skills en tricks van de leerlingen. Dat zou het pas zijn!

Confi returns

Beste volgers, beste leden op Twitter. Het wonder is geschied! Uit de assen van een niet zo gek ver verleden is de figuur Confi Tuur verrezen! Na een sabbatjaar van 10 maanden heb ik mijn weg naar mijn oude account @Broodconfituur herontdekt!
In eerste instantie vraag je je dan af waarom je in Godsnaam zo lang inactief bent geweest (in deze verschijningsvorm alleszins). Terugdenkend aan pakweg een jaar geleden, doet wel wat raar. Een rollercoaster aan emoties hebben me ertoe aangezet om even uit het gezichtsveld te verdwijnen. De oorspronkelijke bedoeling van de account – grappen en grollen, kijken of het al dan niet geapprecieerd wordt door mede-tweeps – was verdwenen. Tweets kregen een meer negatieve ondertoon, het optimisme maakte meer en meer plaats voor realisme, dat op zijn beurt dan ook eerder neigde naar het pessimisme.
Wat in de maanden daartussen gebeurde, was misschien wel één van de grootste dieptepunten die ik heb moeten overbruggen. Na enige teleurstellingen op verschillende vlakken, stortte ik me op m’n schoolwerk, wat ik daarvoor nooit echt heb moeten doen. Ik heb mijn lichaam tot het uiterste gedreven, de grenzen van het dit-is-net-haalbaar opgezocht. Na het einde van het academiejaar kreeg mijn lichaam dan ook de genadeloze weerslag. Mijn lichaam was ziek, uitgeput van 3 jaar kommer en kwel mee te maken. De automatische pilootfunctie had het in juni 2015 begeven. Hij vond het even welletjes geweest, waardoor ik pakweg 1,5 maand heb liggen sukkelen tot en met.
Tijd voor verandering, dacht ik dan. Ik heb mezelf de tijd gegeven om alles op een rijtje te zetten, alles een plaats te geven en mezelf ook wat ademruimte gegund. Dingen die ik graag doe, heb ik in veelvoud gedaan. Dingen die me zouden afleiden, heb ik – terecht – genegeerd.
Toen ben ik tot een conclusie gekomen die ik ook in het 4e middelbaar heb gemaakt tijdens lessen economie. Net zoals de trend van de beurs werkt het leven ook met hoogconjunctuur en laagconjunctuur. De crisis is een langdurige(re) periode waar het even minder gaat, tot het dieptepunt is bereikt. Maar eens het herstel wordt ingezet, trek je de lessen uit het verleden en neem je de nieuwe waarden met je mee.
Of hetgene wat ik geleerd heb ook verder in de praktijk zal omgezet worden, is een groot mysterie. Het is namelijk zo dat ik, als ik mezelf met een dier zou vergelijken, eerder met een ezel overeenkomsten zie. Die verdomde steen, altijd diezelfde, die daar in de weg ligt. Wie legt er nu ook in ’s hemelsnaam een steen nét dààr!
Soit, kortom, zolang ik datgene wat ik geleerd heb in m’n achterhoofd hou en ik alles rationeel genoeg zal blijven bekijken (zonder onmiddellijk al te enthousiast te worden), dan is er een lichte kans op verbetering. En zoals ik ook zei in mijn vorig online-bestaan: zolang het maar draait omtrent luxeproblemen, dan mogen we in principe niet al te veel klagen. Dan is het gewoon probleem bekijken, aanpakken, klasseren en daarmee is de kous af.
Desalnietemin ben ik blij dat ik weer mijn oude versie heb aangenomen, als Confi Tuur. Je kan je roots immers niet verloochenen.

Confi Tuur